Degene die het maakt, die hoeft het niet. Degene die het draagt, houd het niet. Degene die het koopt, wil het niet. Die het heeft, die weet het niet. Wat is dat?
Degene die het maakt, die hoeft het niet. Degene die het draagt, houd het niet. Degene die het koopt, wil het niet. Die het heeft, die weet het niet. Wat is dat?